Zoëlho, op naar een bewuste levensstijl.

Ziekte, wat is dat?

Bid je tot God dan ben je gelovig. Maar indien Hij antwoordt, dan ben je schizofreen! ()

 

          Laatste bijwerking : 2022.7.21

 

 

 

Er bestaat meer dan één visie op gezondheid en ziekte.

 

In de klassieke geneeskunde bestaat een ziekte pas van zodra een diagnose wordt gesteld : een diagnose is echter pas mogelijk wanneer symptomen worden opgemerkt ("Sick" Care model). De lange klinische, biochemische en enzymatische incubatieperiode wordt meestal over het hoofd gezien : ze wordt niet ernstig opgevat en afgedaan als betekenisloos of van psychische oorsprong.

 

Nochtans vormt het ontbreken van een ziektetoestand niet het bewijs van een optimale gezondheid (L. Pauling). Niet ziek zijn is niet synoniem met gezond zijn. Alleen echte gezondheidszorg reguleert het totale organisme in vroegere stadia (regulatiefase) dankzij een holistische benadering van de gezondheid.
 

Het is dus niet omdat geen scheurbuik wordt vastgesteld dat voldoende vitamine C aangevoerd wordt door de voeding. Eigenlijk kennen wij niet de optimale noden voor vitaminen bij een correcte gezondheidstoestand. Hun arbitraire bepaling voor jan en alleman op het niveau zoals voorgesteld (Aanbevolen Dagelijkse Hoeveelheid, ADH) is dan ook niet gesteund op een onweerlegbare wetenschappelijke werkelijkheid.

 

Objectiviteit is een van de illusies die mensen graag accepteren. Ze schept namelijk de zekerheid dat ze de juiste oplossing biedt. Tegenover de objectieve zekerheid staan de onzekere "subjectieve alternatieven" waaruit gekozen moet worden. Kiezen is echter lastig, vraagt energie, schept onzekerheid en veroorzaakt keuzestress. Want weet je wel genoeg om een goede keuze te maken? En wat als je de verkeerde keuze hebt gemaakt?

 

Sedert de jaren 80 werden voor artsen steeds meer protocollen ontwikkeld : gestandaardiseerde behandelingswijzen voor veelvoorkomende klachten. Dit gaf de artsen zekerheid. Alleen pasten nogal wat patiënten niet in vakjes, en hielpen die behandelingswijzen hun geen stap vooruit. Dit gaf de artsen een gevoel van onmacht. Wat ging er toch fout met de patiënt? Wat was de ware oorzaak?

 

Waarom niet over een andere boeg gooien? Op zoek naar een visie in plaats van twijfel.

 

Want zou het kunnen dat ziekte ook andere functies heeft die niet louter fysiek zijn? Heeft ziekte bijvoorbeeld ook een sociale functie? Als we een diagnose krijgen, winnen we begrip van onze omgeving en empathie van omstaanders. We kunnen een ander gedrag vertonen zonder dat daar nog een stempel op gedrukt wordt. Ziekte zorgt nu voor meer aanvaarding. En heeft ziekte ook een emotionele functie? Klachten zetten net als emoties aan tot een beweging. Als een innerlijke wens chronisch verwaarloosd wordt, zou het kunnen dat die wens zich dan presenteert via een fysiek symptoom?

 

Overzicht inhoud :

 

Ziekte - gezondheidsstadia

 

Ziekte - naamgeving

 

Ziekte - wat we wel weten

 

Ziekte - omgeving

 

Ziekte - voeding

 

Ziekte - behandeling

 

De zieke

 

Inhoud :

 

Ziekte - gezondheidstadia :             

 

Ons organisme zit zo prachtig in elkaar : beproevingen versterken haar terwijl confort en overvloed haar verzwakken en letterlijk verzieken.

 

0 - Regeneratie :

 

    • optimale gezondheidstoestand, zelfs beter dan bij de geboorte.

 

1 - Gezondheid of regulatie :

 

    • meer "prosurvival" dan "antisurvival" factoren : het organisme zelf is in staat elke stoornis te reguleren.

      • het gaat eerder over een "gezondheidsverlies" wat wordt ervaren als een ongemak, een slecht functioneren, een verstoring. Een verlies aan harmonie maar ook een aanpassingsprobleem van het individu.

      • klachten zonder zichtbare biologische stoornissen (ook "psychosomatisch" genoemd) : 't Zijn de zenuwen! 't Zit tussen de oren!

      • het organisme is bekwaam "normaal" te functioneren door te putten uit haar reserves zonder dat tekenen van onevenwichten (symptomen) optreden.

      • nochtans zijn er symptomen, maar zij worden als dusdanig niet herkend.

 

2 - Acute stadium :

 

    • het organisme slaagt er niet meer in voldoende te compenseren, en kan het regulatiestadium niet langer handhaven

      • met het optreden van functionele stoornissen, door biologische tekorten in de cel, zonder dat de integriteit van de organen in het gedrang komt maar waarbij de patiënten toch afzien.

 

Worden deze verstoringen niet met voedingsmaatregelen verholpen dan kunnen ziekteverschijnselen optreden, als getuigen van de achteruitgang van bepaalde organen. Indien deze passen in een conventionele medische diagnose, dan zullen zij spijtig genoeg logischerwijs worden behandeld met een allopathische symptomatische behandeling die eigenlijk nog weinig te maken heeft met de onderliggende celverstoring, wat het risico op iatrogene ziekten (ziekten die door niet aangepaste medische behandelingen werden veroorzaakt) verhoogt.

 

    • het organisme moet hier beroep doen op extra mechanismen : inflammatie-reacties, immuniteitsreacties...

      • eerste klinische symptomen : griep, verkoudheid, gastritis, roodheid, warmte, ontsteking...

 

Tegen de ziekte ingaan komt overeen met vechten tegen een symptoom, pijn of ziekte. Meestal gebruiken we daar "anti" geneesmiddelen voor : antidiabetica, antibiotica, antihistaminica, anti-inflammatoire middelen, pijnstillers, antikoortsmiddelen...

 

Deze medicamenten zijn immers onmisbaar en werkzaam wanneer het organisme er niet meer in slaagt zichzelf te herstellen.

 

Je kunt echter wel helpen het terrein voor te bereiden zodat het organisme haar evenwicht gemakkelijker terug vindt, door de gezondheid te bevorderen om zo haar welzijn terug te vinden. Voedingsonderzoek wees op het bestaan van voedingstekorten wanneer een ziekte de kop op steekt of wanneer het organisme een belangrijke inspanning moet doen (operatie, herstel...). De gezondheid ondersteunen werpt een wal op tegen de ziekte.

 

Zo wezen studies uit dat het microbioot bij kinderen duidelijk veranderde vooraleer type 1-diabetes ontstond. De bacterie-diversiteit verminderde, sommige bacteriesoorten werden belangrijker wat leidde tot een chronische inflammatietoestand . Maar vroegtijdige probiotica-supplementen zouden het risico op deze ziekte sterk kunnen reduceren . Idem voor astma .

 

3 - Chronisch stadium :

 

    • meer "antisurvival" dan "prosurvival" factoren : het organisme verliest de controle (pre-degeneratief stadium)

      • de allopatische benadering is onbekwaam het functieverlies van de cel te restaureren.

 

    • het acute stadium kon door het organisme niet gereguleerd worden of werd verkeerd behandeld :

      • chronische ziekte-verloop : bv. chronische bronchitis...

 

4 - Depositie :

 

    • de "antisurvival" factoren hebben zich in het organisme verankerd : de chronische toestand wordt permanent

      • bv. rokershoest, emfyseem...

 

5 - Degeneratie :

 

    • het organisme verliest lokaal de totale controle : de ziekte ontmoet geen weerstand meer

      • bv. degeneratieziekten, kanker... : klassiek zware behandelingen.

 

6 - Proliferatie :

 

    • de gedegenereerde cel gaat zelf vermenigvuldigen : tumorgroei en uitzaaiing

      • de kankercel individualiseert zich en begint een eigen "survival" strijd, ten koste van de gastheer (de ziekte speelt hier de baas, en houdt geen rekening meer met het organisme : de relatie is zoek).

 

 

De klassieke ziektediagnostiek reduceert te sterk de werkelijkheid van de gehele patiënt in zijn dagelijks milieu, omdat zij geen plaats toekent aan zijn leefomgeving. Wanneer de klassieke symptomen verschijnen is reeds lang een lagere nutriëntenstatus aanwezig en is de patiënt reeds lang ziek. Kostbare genezingstijd ging verloren.

 

De bepaling van de voedingsstatus van de patiënt is de sleutel tot de nutritionele geneeskunde. Het stadium waarin de patiënt zich bevindt bepaalt het diagnosemiddel. Met de lichaamstaal als de eerstelijnsdiagnosetool. Het lichaam vertelt wat de geest niet zeggen kan (somatisering). En emoties zijn ook biologie : het fysiek ziek worden kan een (onbewuste) schreeuw zijn om aandacht en wat liefde...

 

Zijn vervolgens ook van cruciaal belang : de mening van de patiënt, zijn voedingsgedrag en zijn psychische, sociale en ecologische achtergrond die van een onderliggend maatschappelijk probleem een medisch probleem kunnen maken (zie ook : "Prediagnose, de patiënt aan het woord").

 

Het hongergevoel is een van de eerste dingen die verdwijnen als je ziek bent. Een van de kenmerken van een verhoogd cytokine-peil bij een ontsteking is dat het hongergevoel verdwijnt en dat je vooral gaat grijpen naar extreme smaken (zout en zoet). Zieke mensen eten eenzijdig en hoewel hun lichaamsgewicht sterk kan toenemen, zijn ze ondervoed. Hun vetpercentage is te hoog en hun spiermassa te laag. Want mensen die ernstig ziek zijn krijgen geen hap vlees naar binnen (horror carnis), een aversie voor vlees kenmerkend voor mensen met kanker en chronische ontstekingsziekten zoals reuma, AIDS, TBC en lupus.

 

Wie ziek is, beweegt niet veel en is te zwak om aan sport te doen. Dit komt de spiermassa ook niet ten goede. Bovendien vertonen chronisch zieke patiënten in zeer veel gevallen een tekort aan anabole hormonen (DHEA, hGH, testosteron, schildklierhormonen...) belangrijk voor de spieropbouw.

 

Een adequate aanpak van chronische ziekte situeert zich dus niet alleen in het verbeteren van de voedingsstatus, maar ook in gesprekstherapie (delen), lichaamsoefeningen (spieren, kracht, energie), in het verbeteren van de immuniteit en in hormonale ondersteuning (arts).

 

Het beste middel bij ziekte is het zelfherstellend vermogen (vis medicatrix naturae), op voorwaarde natuurlijk dat de cel beschikt over een optimale nutriënten- en micronutriënten-status, onmisbaar voor haar overleving. Preventie moet daarom bestaan uit het aanmoedigen van deze zelfherstellende capaciteit. De behandeling komt steeds van buiten, de genezing steeds van binnen : "Do not think what your body can do for you, but what you can do for your body". Dat vereist tijd, aandacht en geduld : tijd om regelmatig contact te houden met zijn therapeut/arts, aandacht voor zichzelf als geheel en niet enkel als toevallige eigenaar van een aantal fysieke symptomen, geduld voor de lange weg naar de oplossing.

 

 

Dat kan met voeding, zonlicht, water en beweging maar ook met kruiden. Samen met een alkalische voeding (rauw, plantaardig, biologisch) zijn bv. natuurlijke antibiotica een uitstekend en vrij beschikbaar middel in de strijd tegen de meeste ziektebeelden en voor het behoud van een optimale levenskwaliteit. Natuurlijke antibiotica zitten o.a. in grapefruitpittenextract, knoflook, propolis, tijm, ui, kokosboter (olie), colloïdaal nano-zilver (ook tegen schimmels zoals Candida), bergamot, oregano en Aloe vera.

 

Anderen vertrouwen hiervoor op de kracht van frequenties. Het idee is dat energie wordt gestuurd door informatieprikkels : endogene elektromagnetische signalen, frequenties. Via elektromagnetische velden wordt ieder proces in het organisme op gang gebracht, uitgevoerd, bijgestuurd en beëindigd. Cellen zouden via specifieke frequenties met elkaar communiceren (bioresonantie). Bacteriën, virussen, verkeerde voedingsstoffen, trauma's zowel fysische als psychische, stress ... kunnen deze communicatie verstoren en dat kan leiden tot ziekte, meestal chronische ziekte. De regeling van de stofwisseling via deze elektromagnetische signalen is immers van groot belang als bindende factor tussen het lichaam en de geest : wij zijn niet lichamelijk ziek en vervolgens geestelijk, of eerst geestelijk en dan lichamelijk. Wij zijn steeds ziek van lichaam en van geest. Daarom ook kunnen adviezen op vlak van bv. stressbestrijding in de vorm van Mindfulness (zie ook "Depressie, nieuwe benaderingen"), zen, tai chi of yoga bij sommigen een betere therapie zijn voor hun maagklachten, hypertensie, depressie of zelfs kanker dan farmaca alleen (zie : "Voorkomen, de preventie").

 

(zie ook : "Kwantumtheorieën mbt tot de biochemie en de biocommunicatie").

 

Exogene elektromagnetische straling echter induceert in het organisme een verhoogde celspanning of membraanbelasting : oxidatieve stress (positieve lading, yang). Zenuwcellen geleiden tussen een membraanspanning van 0.03 tot 0.09V. Zo wordt een belasting van 0.1V als een veilige lichaamsspanning beschouwd. Alles boven deze waarden verstoort de lichamelijke "software". Hoe hoger de lichaamsspanning, hoe meer de hormonale stress-as (hypofyse-hypothalamus-bijnier, schildklier en ovaria/testes) verstoord en ontregeld wordt. Deze stress-as coördineert de afscheiding van glucocorticoïden (cortisol). Een verhoogde lichaamsspanning veroorzaakt zo oxidatie-schade en verzuurt het organisme. In een verzuurd lichaam duurt het niet lang of de geest volgt. Deze komt dan ook onder spanning te staan waardoor concentratieproblemen en depressie optreden.

 

Na 2G, 3G, 4G wordt nu ook een 5G-netwerk uitgebouwd. Welke gevolgen dat dit zal hebben voor onze gezondheid weet niemand. Wat we wel weten is dat 5G de blootstelling aan elektromagnetische straling kan verhogen met 50% (Duitse studie)! Geen enkele studie heeft de impact daarvan onderzocht. Je kan massa's studies maken die geen probleem blootleggen. Maar je kunt nooit keihard bewijzen dat er geen enkel gevaar is... Dus wordt het toegelaten. Het gebruik van een handenvrij kit kan je eigen individuele blootstelling verminderen.

 

Kanker, trombose, inflammatie, infecties en bijna alle ziekten die onder de noemer beschavingsziekten vallen, hebben opvallend één factor gemeen, namelijk een overschot aan positieve energie of "yang-energie", die een negatief effect op ons organisme heeft (zie ook : "Zichzelf aarden").

 

Tot slot : ziek zijn is niet het probleem van je arts, het is jouw probleem. Goede artsen hebben het moeilijk met passieve patiënten. Zij werken liever met actieve patiënten die zelf hun manier van leven, van eten, van genezen in vraag durven stellen. Die de actoren van hun eigen gezondheid willen zijn. Niet om zelf doktertje te spelen, maar om hen te overtuigen dat genezing van hen afhangt. Sommige noemen dat het "placebo"-effect (suggestie van de werking van iets) of een manier van autosuggestie. Om het even, enkel het resultaat telt!

 

Ziekte - naamgeving :             

 

    • Bepaalde symptomen werden vroeger niet beschouwd als ziekten, maar als tekenen van een tijdelijke verstoring : maagzuur, impotentie, premenstruele spanning... Zij vereisten geen echte geneesmiddelenbehandeling, meestal gingen zij vanzelf over. Het betrof immers lichte aandoeningen die vooral voorkwamen bij personen in goede gezondheid. Het was meestal voldoende de voedings- of leefwijze aan te passen om de problemen op te lossen.

 

Actueel vinden wij deze verstoringen terug als ziekten : Gastro-oesofagaal reflux (GERD) voor maagzuur, Erectiele dysfunctie voor impotentie, Dysforisch premenstrueel syndroom voor premenstruele spanning... en voor elk bestaat nu een medische behandeling. Waar vroeger de personen nog in goede gezondheid waren, zijn die nu ziek.

 

    • Bij "psychische storingen" is deze evolutie nog indringender : aangezien hier geen objectieve testen voor bestaan en daar de grens tussen normaal en pathologisch niet duidelijk te trekken valt, is de psychiatrie een ideale voedingsbodem voor het creëren van nieuwe aandoeningen of om de oude uit te breiden. Zo evolueerde de definitie van de diagnostische criteria (Diagnostic and Statistical Manual of Mental Disorders) van een boekje van enkele pagina's in 1952 (DSM-I) tot een kanjer van 943 pagina's in 2000 (DSM-IV). Dit DSM-handboek is de bijbel voor psychiaters. Opgelet, dit boek is ook een echt referentiewerk voor gerechtshoven, gevangenissen, scholen, verzekeringsmaatschappijen, urgentiediensten, medische kabinetten en andere gezondheidscentra. Nochtans ontbreekt dit werk een echte wetenschappelijke validatie.

 

Tussen zijn eerste versie (1952), opgemaakt voor gebruik door het Amerikaans leger voor het rekruteren van geschikte manschappen, en zijn herziene vierde editie in 2000 steeg het aantal geestesziekten van 106 naar meer dan 250. De laatste versie (mei 2013) zorgt ook voor een omwenteling door het opnemen in de DSM-V van "risico"-individuen, door het integreren van de matige vormen of van de vroege stadia van schizofrenie en van andere psychotische ziekten, zelfs vóór het optreden van de eerste echte psychotische episode. Dit zou een preventieve medische behandeling toelaten, ook al treedt maar bij 30% van de risico-personen werkelijk een psychose op binnen de 2 jaar... Deze enge visie gaat compleet in tegen onze kennis mbt de plasticiteit van de hersenen die een hele leven lang evolueert (zich aanpast). Niets is definitief, alle specialisten weten dat bv. een kind, dat het op een bepaald moment moeilijk heeft, terug een evenwicht kan vinden mits een correcte begeleiding, ook van de familie. Meer dan medicatie is vooral ondersteuningstherapie nodig voor deze kinderen, die dikwijls lijden onder grote relationele moeilijkheden, en verder moeten met een beschadigd eigenbeeld.

 

Maar is de definitie van psychische stoornissen wel correct? De actuele diagnostische criteria vereisen de aanwezigheid van een toestand van "klinisch significante nood of beperking" opdat een psychologische stoornis zou beschouwd worden als een psychische stoornis. Maar is dat voldoende om een ziekte te definiëren?

 

Is koorts dan een psychische stoornis?

 

Een persoon met koorts voelt zich in nood en is sterk beperkt (haar vermogen om te werken daalt, nadenken wordt moeilijk, en pijn kan de kop op steken). Nochtans kan men op basis van deze symptomen niet beweren dat koorts een ziekte is? Koorts is alleen een gepast antwoord op infecties, die de immuunrespons stuurt. Deze gecoordineerde reacties tonen aan dat koorts een aanpassingsreactie is, een mechanisme dat in de evolutie werd weerhouden om haar nut. Koorts verhoogt de kans een zware infectie te overleven. Door echter de koorts te doen dalen met aspirine of paracetamol bv. kan de infectie langer aanhouden. Toegepast op "koorts" leidt het criterium "nood of beperking" tot verkeerde conclusies : koorts is geen teken van een dysfunctie, maar juist het omgekeerde... koorts is een teken van een goed werkend afweersysteem!

 

Verlegenheid, schuchter zijn, is toch geen ziekte?

 

Nochtans verscheen verlegenheid als een vrij zeldzaam voorkomende "sociale fobie" in DSM-III (1980). In 1994, bij de publicatie van DSM-IV, werd sociale fobie echter al beschreven als een "wijdverspreide" "sociale angststoornis".

 

Zo medicaliseert de psychiatrie onze emoties : een antidepressivum als paroxetine (Seroxat°) werd er in de VS prompt (1999) voor geïndiceerd. Nochtans werd de theorie dat psychische stoornissen veroorzaakt worden door biochemische onevenwichten nooit bewezen. De theorie dient dus enkel voor het gebruik van die middelen te rechtvaardigen...

 

Vooral kinderen zijn hiervoor een ideale doelgroep : wie zou als ouder durven "neen" zeggen aan een arts die verklaart dat zijn kind ziek is en medicatie nodig heeft?

 

Bv. de diagnose "bipolaire stoornis" : in de VS verveertigvoudigde (40x) tussen 1994 en 2003 de diagnose van deze stoornis bij kinderen (reeds vanaf 2 jaar!), die ADHD aan het verdringen is als meest voorkomende ziekte.

 

En depressie dan, een ziekte ?

 

Over het algemeen zijn mentale stoornissen eerder zeldzaam, waarom geldt dit niet voor depressie? Misschien is depressie, zoals obesitas, een probleem dat voorspruit uit onze moderne manier van leven, die enorm verschilt van de manier waarop onze voorouders leefden? Maar ook deze uitleg voldoet niet want depressie komt voor bij alle beschavingen. Of is depressie geen ziekte? Misschien is depressie een aanpassingsreactie (zie ook : "evolutionaire geneeskunde") waarvoor het slachtoffer wel een zware tol betaalt maar die hem ook voordelen oplevert. Bij depressie gaat de persoon meer analytisch en gerichter denken, wat hem toelaat de moeilijkheden die de oorzaak vormen van zijn depressie te boven te komen... Professionele hulp met dit uitgangspunt zou misschien toelaten beter de pijn en het lijden bij depressie te verzachten en de depressieve patiënt helpen bij het oplossen van zijn onderliggende problemen.

 

Natuurlijk bestaat de ziekte "depressie", maar zij wordt overgediagnosticeerd ; daarbij weet men dat antidepressiva de symptomen verlichten maar ook dat de kans op terugval hoog is bij het stoppen met de behandeling. Antidepressiva interfereren immers met de steeds terugkerende depressieve gedachten en verhinderen dat de depressieve patiënt voldoende aandacht besteedt aan zijn gedachten en aan de taken die concentratie vereisen.

 

Volgens een studie gevoerd door het National Institute of Mental Health (VS, 2002) wordt de helft van de bevolking reeds geviseerd door DSM-IV. Daarvoor moet je maar kijken naar 4 stoornissen waarmee iemand minstens éénmaal in zijn leven wordt geconfronteerd : angststoornissen, humeurstoornissen (waar staat dat het humeur altijd gelijk moet zijn ?), compulsieve stoornissen (waaronder ADHD) en verslaving aan producten (waaronder tabak).

 

Onze depressie- en burn-outepidemie is ook een ecologische probleem, naast klimaatverandering, verkeersinfarcten en pollutie. Allen zijn symptomen van iets dat misloopt in onze westerse beschaving.

 

    • En hoorde U hier al van ? Een geneesmiddel (flibanserine, een antidepressivum) voor het dopen van het seksueel verlangen bij de vrouw, als behandeling van een nieuwe ziekte ofte "Hypoactieve stoornis van de seksuele begeerte" (code DSM IV : 302.71) en "Seksuele opwindingsstoornis bij de vrouw" (302.72). In 6 weken wordt deze terug "normaal". De potentiele neveneffecten ter zijde gelaten, kan men zich afvragen wat de "norm" is op gebied van seksualiteit... Belangrijk hier is het fundamentele verschil tussen een geneeskrachtig afrodisiacum voor mannen zoals Viagra° dat ingrijpt op het bloedvatensysteem, en flibanserine dat inwerkt ter hoogte van het centraal zenuwstelsel (de hersenen). Deze stof beïnvloedt het humeur met de bedoeling een gunstige situatie te creëren voor seksuele omgang. Een ander verschil : de man neemt Viagra° wanneer nodig, met fibanserine moet het elke dag...

 

Een prachtig voorbeeld van "Disease mongering", het uitvinden en promoten van nieuwe "ziekten". Je praat tegen jezelf op straat of in je badkamer ? Ziek ben je. Je vrijt graag ? Dan heb je last van hyperseksualiteit en heb je hulp nodig!

 

DSM-V (mei 2013) maakt het nog wat verwarder : nu wordt depressie opgedeeld volgens gradaties, wat op zich niet verkeerd is. Maar hieruit volgt ook dat niemand nog nul scoort. Deze nieuwe versie verbreedt de criteria van geestesziekten zodanig dat bijna iedereen een beetje ziek is... Iedereen wordt een potentiële klant voor de psychiatrie. Van 265 mentale stoornissen in DSM-III, zijn we nu aan 500 in DSM-V!

 

DSM-V, daar wordt je pas zot van!

 

Aanbevolen lectuur :

 

"Terug naar normaal" van Allen Frances (2013), Prof. Psychiatrie aan de Duke University (North Carolina, US)

 

"Borderlines Times" van Dirk de Wachter (2013), Universitair Psychiatrisch centrum, campus Kortenberg, KU Leuven.

 

The National Institute of Mental Health (VS) beschouwt de DSM-V niet langer als golden standaard voor het catalogeren van mentale ziekten (04/2013). Alhoewel DSM-V een reële hulp betekent als "woordenboek" van symptoomomschrijvingen vindt dit instituut dat het niet langer kan gebruikt worden in de klinische praktijk omdat enkel rekening werd gehouden met symptomen (subjectief) ipv ook te kijken naar klinische waarden (objectieve gegevens uit genetische, beeldvorming-, fysiologische en cognitieve gegevens), en hun relatie tot de symptomen (Research Domain Criteria Project) om zo de onderlinge biologische mechanismen te ontrafelen.

 

 

Bv. Ziekten die ontstaan door verhoging van de osmotische druk : het milieu waarin cellen gedijen blijft in het algemeen onveranderd : rijk aan natrium en arm aan kalium, glucose en eiwitten. De concentratieverschillen van deze elementen tussen het intercellulair en intracellulair milieu vormen een druk, die osmotische druk wordt genoemd. In ons lichaam varieert de osmotische druk normaal weinig (buiten de drukverschillen veroorzaakt door de hartpomp (systoles)), behalve bij ziekte...

 

Inflammatie ontstaat wanneer schade aan een bloedvat de vrijstelling in de weefsels toelaat van een vocht beladen met eiwitten, wat plaatselijk de osmotische druk doet stijgen. Deze aanvoer is nodig voor het herstel van de schade. Doch indien de inflammatietoestand blijft bestaan kunnen fibrose en verschillende ziekten ontstaan (volgens de site : van een simpele wonde tot sclerodermie, tot MS of de ziekte van Crohn...) veroorzaakt door éénzelfde reden : een lokale verhoging van de osmotische druk, wat leidt tot een daling van het cellulair energierendement. De functie van de mitochondria valt bijna stil, ze fermenteert : ze maakt nog 2 moleculen ATP (ipv 34 ATP) aan uit 1 molecule glucose, alsook alle basisbestanddelen voor de vorming van een nieuwe cel.

 

Inflammatie lokt ook een immunologische reactie uit, omdat cellen van het immuunsysteem (lymfocyten, macrofagen...), ook meehelpen bij de absorptie van het teveel aan eiwit.

 

Inflammatie thv doorgang of (bloed)vat (bv. door vernauwing of obstakel) kan, door de lokale drukverhoging, evolueren naar stenose en meerdere andere ziekten (van angor tot schizofrenie).

 

Ziekten door drukverhoging (aan de basis van het ontstaan van inflammatie) veroorzaken op hun beurt ziekten gekenmerkt door een vermindering van het energie-rendement (neurologische aandoeningen (zoals Alzheimer, Parkinson...), kanker, verouderen...).

 

Toch zijn we in staat niet toe te geven aan dit alleroverheersend schrikbeeld en eerder te strijden voor het omgekeerde idee : dat ziekte een uitzondelijk en zeldzaam verschijnsel is, en dat we gezond kunnen verder leven.

 

Eigenlijk ligt de schuld van dit alles ook bij ons : wij willen voor alles een gemakkelijkheidsoplossing, zonder ons eigen aandeel in een probleem te erkennen en zonder zelf een inspanning te moeten leveren om er iets aan te doen...

 

Gevolg :

Een van de belangrijkste gevolgen van deze evolutie is dat artsen meer en meer geneesmiddelen voorschrijven. Immers, zowel de arts als de patiënt geloven dikwijls dat voor elk kwaaltje of voor elk gevoel van onbevrediging een middel bestaat, ook al volstaat een simpele verandering in de levens- en/of eetgewoonten van de patiënt.

 

Ben je mentaal niet opperbest, let dan eerst op je voeding, vermijd mogelijke pollutiebronnen en ontgif je lichaam, en vooraleer je te richten tot een psychiater, probeer zachte en holistische geneeswijzen. Want eenmaal gestart met een chemische behandeling, kan je er niet meer zonder. Maar soms heb je geen keus...

 

En dan heb je nog die andere, die syndromen die "niet bestaan, maar ingebeeld zijn" ("'t zit tussen je oren") waarvoor de geneeskunde geen verklaring heeft, zelfs geen eenvoudige medicamenteuze behandeling. Juist voor deze patiënten, in problematische en pijnlijke situaties maar zonder duidelijke symptomen, bestaan alternatieve benaderingen...

 

 

 

Ziekte - wat we wel weten :             

 

De traditionele gedachte dat een gen een sequentie van DNA is die codeert voor een proteïne met een uitgesproken functie is obsoleet. Genen lijken te opereren in een complex netwerk, in wisselwerking, en overlappen met elkaar en met nog andere nog niet volledig begrepen componenten. De pogingen om de genetica van de meest voorkomende ziekten te bepalen zijn dan ook gestrand.

 

De wortel van ziekte is het onevenwicht in de fysiologische processen in hoe  de genen zichzelf uitdrukken. Genen bepalen zelf niets, zij worden aangestuurd door factoren (scheikundige stoffen, levensstijl, straling...) uit de omgeving (epigenetica). Epigenetische informatie bepaalt de activiteit van de genen. Epigenetische signalen zijn als chemische vlaggetjes die aan het DNA hangen (meestal methylgroepen) of op de histonen (meestal acetylgroepen). Deze chemische groepen bepalen mee of een gen al dan niet actief wordt, en in welke mate. Dikwijls maken ze genen onbereikbaar voor de systemen waarmee hun informatie in eiwitten wordt overschreven. De mens beschikt slechts over 23.000 genen voor al zijn activiteiten maar, door het uit- en aanschakelen van genen in verschillende combinaties, maken die een eindeloos grote hoeveelheid kenmerken mogelijk. Zelf de ontwikkeling van een embryo tot een volwassen individu wordt door epigenetica gestuurd. Erger nog : epigenetische verschillen in de zaadcellen zouden later bij de nakomelingen voor problemen kunnen zorgen... De meeste genen schudden de chemische vlaggetjes die ze bij de verwekking meekregen meteen van zich af. Maar 2 à 5% ontsnapt aan dat proces en wordt dus beïnvloed door wat vader en moeder al dan niet bewust deden...

 

Worden we dan echt hypochonder? Rondom ons zijn er, in vergelijking met 50 jaar geleden, meer en meer mensen die aan ziekten lijden met rare namen, ziekten waarmee zelfs specialisten niet meer overweg kunnen en moeilijk te behandelen zijn : degeneratieve, antibioresistente, auto-immuun ziekten... Dementie, kanker, bacteriële infecties, allergieën... allemaal ziekten die pas de laatste 50 jaar in de statistieken verschenen. Hebben ons immuunstelsel, onze bacteriën, onze cellen het nu echt op ons gemunt? Ik denk eerder aan alarmsignalen. Maar daarvoor moeten we op zoek naar de bron van alle problemen. Of doen we zoals met het klimaat : niets?

 

Wie meer wilt weten stelt dan bij ziekte pertinente vragen : Wat ging er aan vooraf? Wat zijn de uitlokkende factoren?

 

Alle biochemische processen in het organisme hebben allemaal niet alleen met elkaar een wisselwerking maar ook met de buitenwereld. Gelukkig is het proces van disfunctie dynamisch in beide richtingen : enerzijds naar weefselvernietiging en orgaanfalen, anderzijds (mits de juiste kennis) naar regeneratie en vernieuwing. Wat binnen de cellen gebeurt hangt volledig samen met wat er daarbuiten plaats vindt : voeding, hormonen, beweging, stress, straling...

 

Het lichaam vertelt wat de geest niet zeggen kan (somatisering). Er bestaat interactie tussen brein (emoties), zenuwstelsel en immuunsysteem (de psychoneurobiologie). Je gezondheid zit vooral "tussen de oren". Emoties zijn ook biologie. Maar zodra je erkent dat emoties een rol spelen, erken je je eigen verantwoordelijkheid. Het is natuurlijk veel gemakkelijker om de oorzaak buiten jezelf te leggen. Maar daarmee ben je niet echt geholpen...

 

Permanent wordt de kwaliteit van het "terrein" van een persoon gemoduleerd door de verschillende stress-invloeden (fysiologische, psychische) die niet noodzakelijk zich lichamelijk uiten (somatisering) maar die, eenmaal een bepaalde drempel bereikt, door ons brein als gevaarlijk worden bevonden. Ziekte is dan een uitweg om te overleven : de stress verplaatsen naar een doelorgaan, zodat tijd wordt gewonnen om de onderliggende conflictoperatie op te lossen. Door de onmogelijkheid te leven, ga je compenseren om te overleven. "Overleven" hier in de betekenis van leven boven zijn mogelijkheden.

 

Een bacterie kan zich enkel ontwikkelen wanneer het bio-elektronisch terrein er zich toe leent, zoals planten ook alleen hier en daar groeien, of zelfs helemaal niet op andere plaatsen. In ons lichaam zijn de bio-elektronische parameters die de ontwikkeling van bacteriën bevorderen het bewijs dat ons organisme zich verzet. Microben kunnen zich daarom enkel vermenigvuldigen wanneer het terrein voor hen voldoende gunstig is.

 

Uit onderzoek bleek dat de microbiële activiteit stopte van zodra de gezondheidsparameters zich herstelden (normen : pH 7 / rH2 21). Wat bewijst dat de ontaarding van het terrein de microbiële activiteit tijdens de verschillende stadia van de ziekte bepaalt, en niet het omgekeerde.

 

De weg naar gezondheid ligt daarbij niet in één therapeutische benadering of levensstijlverandering besloten, maar is voor ieder individu weer een ander samenspel van omgevingsfactoren. Elke betrokken factor moet gevonden worden en bijgesteld door bv. het aanvullen van ontbrekende stoffen, het herstel van de vertering, van de darmflora en haar functie, van de ontgifting, het opsporen van voedingsallergieën en vooral van voedingsintoleranties door eliminatie en provocatie (de hoofdoorzaak van de meeste chronische klachten)... en ook door correctie van levensstijl door bv. beter leren ademen, meer bewegen, stress en emoties beheren, meditatie... Immers, sociale, metabole, psychische en emotionele interactieve linken bepalen ons zijn. De weg naar gezondheid zal dan ook altijd moeten gericht zijn op de individuele patiënt en haar/zijn omstandigheden om de meest heilzame genexpressies te bevorderen.

 

Gezondheid is een evenwichtsoefening : hoe meer je je eigen verzorgt, hoe gezonder je bent. Maar :

 

Hoe kleiner de kloof tussen de hoge en lage inkomens (Gini-coëfficiënt), hoe gezonder de samenleving. Empathie en vertrouwen hebben we vooral voor wie we als onze "gelijken" beschouwen. Mensen die anderen vertrouwen, zijn optimistischer en hebben meer controle over hun leven. Ze voelen zich beter in hun vel en hebben minder last van chronische stress : van hoe anderen hen zien. Het geheim zit in het zich goed voelen, eerder dan meer bezitten. Het idee is het bereiken van meer eigenwaarde, met meer aandacht voor hetgeen je bent, in plaats van voor hetgeen je bezit : door "ik heb" kinderen, een huis, een lief... te vervangen door "ik ben" gelukkig, goed in mijn vel, verliefd, ik ben...

 

Liefde is naast veiligheid en zekerheid de belangrijkste voeding, zeker voor een kind. Krijg je als kind een goede fundering in de eerste levensjaren met veiligheid, zekerheid, liefde, vitale voeding, ontspanning en voldoende beweging, dan kun je later veel fout doen zonder dat je ziek wordt. Een tekort aan veiligheid en zekerheid, en angst zorgt voor ontsteking, wat leidt tot onaangepast gedrag of westerse welvaartsziekten. Hoe meer trauma's, hoe meer kans op psychische én lichamelijke ziektes.

 

Vooral chronische stress maakt mensen ziek (obesitas, hypertensie, MI, CVA, diabetes). 27% van Belgen heeft een chronische ziekte Knack, 4 december 2013, pg 14 . Het is de belangrijkste oorzaak van gezondheidsverschillen tussen mensen. Het uit zich door abnormale vetzucht, verhoogde triglyceriden, zwakke HDL-cholesterolwaarden, hyperglykemie en hypertensie. Vanuit psychopathologisch oogpunt zien we :

 

    • in meerdere weefsels insulineresistentie, zich ontwikkelend vanuit een "verdoken" inflammatie (systemische lage graad ontsteking met verhoogde CRP- en cytokine-waarden), samen met het optreden van een disfunctie van het vasculair endotheel :

      • verhoogde CRP en cytokinewaarden verergeren immers de ontstekingstoestand van de vaatwand, verminderen locaal het NO-gehalte alsook de synthese van neurotransmitters zoals serotonine en dopamine ; zij zorgen voor symptomen zoals vermoeidheid, tekort aan energie, stemmingswisselingen zelfs depressie.

      • deze ontstekingstoestand is ook gelinkt aan de leeftijd en is medeverantwoordelijk voor een verminderde cognitie, slechter humeur en neurodegeneratieve aandoeningen zoals Alzheimer.  

       

    • een verhoogde doorlaadbaarheid van het darmepitheel : door chronische stress maar ook door alcohol, ioniserende straling, door sommige farmaca (NSAID, aspirine (zelfs laaggedoseerd)...), door een verstoring van de darmflora (o.a. van Akkermansia muciniphila )... wordt de darm doorlaadbaar voor pro-inflammatoire lipopolysachariden (LPS), wat kan leiden tot obesitas en diabetes. Zie ook "Microbioot".

     

    • chronische blootstelling aan negatieve emoties - pesterijen, angsten, relatieconflicten en haat (ook via de sociale media) - werkt als 'zure regen' in op het immuuunsysteem en maakt ons meer vatbaar voor ziekte, depressie en burn-out.

 

Alles hangt natuurlijk af van de "diagnose". Kijkt men enkel naar de symptomen zonder hun onderling causaal verband te overzien dan slaat men de bal mis. Niet alleen zijn symptomen uitingswijzen van een onderliggend functioneel falen vanuit genetische en omgevingsfactoren, ook kunnen een deel van de symptomen gemeenschappelijk zijn aan meerdere pathologieën (co-morbiditeit) soms lang voordat deze merkbaar worden. Mensen met psychische problemen hebben meer kans op lichamelijke gezondheidsproblemen, net zoals mensen met een lichamelijke ziekte een groter risico lopen op een geestesstoornis. Zo bestaan er verbanden tussen cardiologie en reumatologie. Of zo kunnen er reeds lang voordat een auto-immuun ziekte merkbaar wordt, tot wel 10 jaar vóór de diagnose, auto-antilichamen gevonden worden in het serum van asymptomatische personen. De tekenen hiervan bouwen zich immers langzaam op : verhoogde auto-immuniteit, weefselbeschadigingen, zenuwbeschadigingen, inflammatie... Wegens onvoldoende inzicht worden lichamelijke symptomen te gemakkelijk afgedaan als psychosomatisch en wordt een lichamelijke ziekte dikwijls laattijdig gediagnosticeerd, wat een minder gunstig verloop kan betekenen, en in geval van kanker bv. synoniem kan zijn met overlijden... Pia Holmen, Handvest voor geestelijke en lichamelijke gezondheid 2009 .

 

Herstel en handhaving van de functionele gezondheid wordt verkregen door het (her)scheppen van de evenwichten binnen een complex web van fysiologische, cognitief/emotionele en fysieke processen, tot homeostase is bereikt in de dynamische interactie tussen het genoom van het individu en diens omgeving.

 

'The essence of Medicin is to do as much nothing as possible': 90% van de ziekten geneest zichzelf (citaat uit "The house of God" door Samuel Shen)  

 

 

Ziekte - haar omgeving :             

 

Le microbe n'est rien, le terrain est tout (Claude Bernard).

 

De factoren die bijdragen tot een goede gezondheidstoestand zijn heel verscheiden : ecologisch, milieuafhankelijk en fysisch maar ook menselijk, microbiologisch, genetisch, sociaal en economisch.

 

We zijn er nu over eens dat de opwarming de verspreiding van ziekten bevordert, dat extreme klimaattoestanden zorgen voor omstandigheden die bevorderlijk zijn voor het ontstaan van epidemieën, dat de onstabiliteit van het klimaat en de verspreiding van ziekten de economie van de getroffen landen schade berokkent. Dieren op land of in zee (wilde of gekweekte), planten en bossen, zij zijn allemaal bedreigd door de klimaatveranderingen en door opduikende infectieziekten.

 

Indirecte effecten van de klimaatverandering zijn onderandere zichtbaar door de luchtvervuiling of door de toename van infectieziekten via water, voedsel of een drager.

 

    • pollen, oorzaak van hooikoorts die bij ons veel voorkomt, tonen duidelijk de nieuwe indirecte risico's aan waaraan de bevolking bloot staat : met de zachtere winter- en zomertemperaturen duurt het pollenseizoen langer en actiever, wat de situaties voor mensen met luchtwegenaandoeningen enkel verergert (allergieën, astma, chronische bronchitis).

 

    • met de warmere lentes en zomers stijgt de lage ozonconcentratie wat kan leiden tot meer cardiovasculaire aandoeningen.

 

    • ook een verstoring van het geografische et seizoengebonden voorkomen van bepaalde infectieziekten (zoönosen...) werd gezien. Sedert enkele jaren komen meerdere ziekten overgedragen door dragers (virussen, bacteriën...) voor bij ons in Europa en in meer zuidelijke streken (bv. blauwtong bij schapen (Blue tongue) in het middellandse zeegebied en recent nog in de Benelux).

 

    • infectieziekten overgebracht door muggen worden sterk beïnvloed door omgevingsfactoren. De gebieden met paludisme (malaria) en dengue (knokkelkoorts), twee door dragers overgebrachte ziekten waaraan actueel 40 à 50% van de wereldbevolking bloot staan, groeien de laatste jaren duidelijk voornamelijk aan de grenzen van hun traditionele endemische zones.

 

    • klimaatveranderingen in streken met een matig klimaat (zachtere en nattere winters) samen met veranderingen van gebiedsbestemmingen (verstedelijking in overstroombare gebieden, sproeien van tuinen...) bevorderen het aantrekken en de vermenigvuldiging van knaagdieren die dragers zijn van infectieziekten zoals de ziekte van Lyme (teek), het cardiopulmonaal syndroom door het hantavirus, leptospirose (bij overstromingen)... Het verlies aan biodiversiteit van het milieu verergert deze situatie nog meer.

 

    • een groot deel van de diarree-ziekten zijn seizoensgebonden, wat wijst op hun gevoeligheid voor het klimaat. In bepaalde streken verhoogt de frequentie van stortregens en van hun gevolg, de contaminatie van grondwater. Zij zijn de oorzaak van diarree en van de hiermee verwante ziekten zoals cholera, cryptosporidium, infectie door E. coli, Giarda, Shigella, tyfus en van virale ziekten zoals hepatitis A.

 

    • de kwaliteit en de hoeveelheid drinkbaar water zijn reeds duidelijk verminderd door het uitdrogen van de bevoorradingsbronnen in bepaalde regio's. De contaminatie van water door bacteriën, virussen, protozoa en parasieten wordt regelmatig vastgesteld.

 

    • niet-overdraagbare ziekten (NOZ) vormen volgens de WGO (27/04/2011) de voornaamste doodsoorzaak in de wereld. Hart- en vaatziekten zijn verantwoordelijk voor de meeste overlijdens : 17 miljoen per jaar. Vervolgens kanker (7,6 miljoen), ademhalingsziekten (4,2 miljoen) en diabetes (1,3 miljoen). Deze 4 ziektegroepen vertegenwoordigen samen 80% van al de overlijdens door NOZ. Wat hebben zij gemeen ? 4 Risicofactoren zijn hier duidelijk bij betrokken : roken, een zittend leven, alcohol-misbruik en een onevenwichtige voeding.

     

    • er is toch duidelijk iets mis :

      • begin 20ste eeuw : 1 persoon op 20 krijgt kanker; 1940 : 1 op 16; 1970 : 1 op 10; 2017 : 1 op 3...

      • jaren 80 : verschijnen van AIDS (35 miljoen doden) , begin van de obesitas-epidemie (2.1 miljard mensen)

      • jaren 90 : explosieve stijging van diabetes (+ 90% in 10 jaren) en van depressie (+ 450% sedert 1987)

      • jaren 2000 : opkomst Alzheimer (+ 100% in 20 jaren) en van autisme (+657% in 10 jaren)

      • jaren 2010 : opkomst Lyme, bipolair syndroom, multiresistente bacteriën, endocriene verstoorders, teloorgang van de vruchtbaarheid (actueel 1 koppel op 4)

      • jaren 2020 : ... corona, klimaatverandering : hittegolven, droogte, overstromingen en infectieziekten, zoals malaria, zika, dengue, chikungunya, westnijl- en gele koorts, zijn directe gevolgen. Maar de versnelde opwarming heeft ook een veel minder vanzelfsprekende impact. Zo zal de stijging van de temperatuur het pollenseizoen verlengen, mét hogere concentraties pollen, waardoor meer mensen langer en intenser last zullen hebben van allergieën.

         

        Door de zeespiegelstijging zal infiltratie van zeewater ervoor zorgen dat het grondwater dat we drinken zouter wordt. Die verhoogde zoutinname zal tot een toename leiden van mensen met verhoogde bloeddruk, een van de voornaamste risicofactoren voor hart- en vaatziekten. Die ziekten zijn nu al de belangrijkste doodsoorzaak in ons land. Ook de vis op ons bord zou tegen het einde van deze eeuw weleens minder voedingsstoffen kunnen bevatten. Vissen produceren zelf geen omega 3-vetten, maar halen ze uit fytoplankton dat DHA en EPA aanmaakt om niet te bevriezen in koud water. Hoe hoger de temperatuur van het zeewater hoe lager de productie van die essentiële vetzuren.

         

        En de toename van CO2 in de lucht zal onze gewassen minder voedingsrijk maken. Rijst en graan zullen geforceerd groeien door versnelde fotosynthese, de tijd niet krijgen om mineralen op te nemen uit de grond of vitaminen aan te maken, wat tot voedseltekorten zal leiden...

 

 

Doch, ons milieu is ziek omdat wij ziek zijn. En niet omgekeerd. Dat is ons verhaal...

 

Ziekte - voeding :             

 

Alhoewel het ontstaan van chronische ziekten multifactoriële oorzaken kent waaronder omgevingsfactoren (pollutie, onvoldoende fysisch bewegen, voeding), genetische/epigenetische factoren, maar ook uitlokkende factoren (depressie, ongeval, stress, menopauze...)), is toch voornamelijk de voeding het meest betrokken.

.
Er bestaan 3 belangrijke voedingsfactoren :

 

1) de nutritionele ommekeer of de overgang van een traditionele voeding rijk aan weinig geraffineerde en bewerkte voedingsmiddelen naar een energierijke, sterk bewerkte, samengestelde voeding rijk aan suiker, zout en vetten, en dikwijls arm aan beschermende bestanddelen ;

2) een tekort aan nutritionele opvoeding, van kindsaf aan : door het ontbreken van kennis doen wij verkeerde keuzes ;

3) de reductionistische benadering van onze voeding, geheven tot dogma's.

 

Het reductionisme wordt dogmatisch wanneer het pretendeert de enige ware methode te vertegenwoordigen. Een meer en meer reductionistische kijk die zijn oorsprong vindt bij de Franse filosoof René Descartes (1596-1650) : "Pour connaître, il faut séparer, décomposer, réduire au simple".

 

Het voedingsreductionisme benadert voedsel bestanddeel per bestanddeel, of beschouwt ons lichaam als een machine die enkel werkt en reageert op energetische- en voedingsstoffen die het binnenkrijgt. Alle calorieën zijn gelijk, ongeacht het voedingsmiddel. Vandaag weten we dat deze calorie-benadering totaal verkeerd is...

 

Reductionisme heeft geleid tot het ontwikkelen van technologieën om voedingsmiddelen te fractioneren, alsof deze enkel te beschouwen waren als een som van hun nutriënten, vervolgens deze te isoleren om hen dan terug op te bouwen met toevoegen van zout, vetstoffen en enkelvoudige suikers (om hen enigszins de verloren smaak terug te geven!).

 

Om de nutritionele onevenwichten veroorzaakt door deze sterk bewerkte voedingsmiddelen te corrigeren zullen dokters, nutritionisten en diëtisten voorstellen de veroorzaakte tekorten aan te vullen met voedingssupplementen, nutraceutica en functionele voedingsmiddelen.  Door het reductionisme zijn we dus de preventieve nutritie farmacologisch gaan benaderen, door nutriënten als geneesmiddelen te isoleren en in hoge doses toe te dienen.

 

Daartegenover houdt een holistische benadering van de voeding rekening met de synergie en de interacties tussen nutriënten binnen de voedingsmatrix. Hier wordt gekozen voor het in stand houden van deze voedingsmatrix (fysische structuur), omdat deze laatste een belangrijke rol speelt in het gezondheidspotentieel van voedsel (zoals verzadiging, biobeschikbaarheid van de nutriënten, verteringssnelheid). Het gezondheidspotentieel van voedingsmiddelen mag dus niet beperkt worden tot haar nutritionele samenstelling (kwantitatief), maar moet ook rekening houden met het matrix-effect (kwalitatief). Twee voedingsmiddelen met verschillende matrix maar met een volledig identieke samenstelling zullen aldus niet hetzelfde gezondheidspotentieel bezitten.  

 

De toepassing van de holistische benadering zou moeten leiden tot betere voedingsrichtlijnen, omdat deze beter de complexiteit van de realiteit omvatten. Naast het belang van de structuur van voedingsmiddelen dient hier ook meer belang gehecht aan het beperken van gefractioneerde/terug samengestelde voedingsmiddelen, aan echte dieetrichtlijnen ipv aan het aanprijzen van nutriëntsupplementen en van "Super Foods".

 

De link tussen voeding en (welvaarts)ziekten wordt heel vaak gemaakt in wetenschappelijke studies. Toch krijgen (huis)artsen in hun opleiding nauwelijks les over hoe voeding mensen ziek en weer gezond kan maken. Het is hoog tijd om de wetenschappelijke consensus over voeding als medicijn op te nemen in het verplichte programma van de artsenopleiding. De oorzaak van welvaartsziektes als diabetes en hart- en vaatziekten is niet alleen een teveel aan ongezonde voedingsstoffen als suiker, maar ook malnutritie: een gebrek aan gezonde voedingsstoffen.

 

Zie ook : "Nutriënten aanbevelen".

 

 

Ziekte - haar behandeling :             

 

De huidige geneeskunde heeft veel weg van een oorlog. Het gevecht tegen kanker, het doden van bacteriën en virussen, het wegsnijden, vergiftigen, bestralen van organen maar niemand denkt aan het versterken van het zelfgenezend vermogen en van het immuunsysteem van het lichaam.

Als "gezondheid" staat voor een staat van volkomen fysisch, mentaal en sociaal welzijn (definitie WGO) dan is "ziekte" een verstoring van de gezondheid. We zien ziekte te vaak als een gevecht dat we moeten aangaan maar moeten het echt gaan zien als een verstoring van een natuurlijke balans. Geweld tegen het lichaam lost niets op, het maakt het alleen maar erger. Een balansdag is niet voldoende, een gebalanceerd leven wel.

 

Het merendeel van onze gezondheidsproblemen zijn eigenlijk natuurlijke aanpassingsreacties tegen de ongezonde manier waarmee wij met ons lichaam omgaan. Stijging van de bloeddruk (hypertensie), van het cholesterolgehalte, daling van de insulinegevoeligheid, gewichtstoename, rugpijn, hoofdpijn, zelfs slapeloosheid en depressie zijn noodzakelijke biologische reacties. Deze uitingen vandaag verhinderen, bereidt het terrein voor op nog ernstigere gezondheidsproblemen morgen.

 

Ieder proces binnenin het lichaam is een reactie van het lichaam om te overleven in de situatie waarin het zich bevindt.

 

Inzicht in het ontstaan van ziektebeelden is onmisbaar bij het zoeken naar oplossingen. Klachten zijn er niet zomaar gekomen, ze zijn er in de eerste plaats om te helpen en niet om te straffen. Een symptoom is dan ook de ideale bondgenoot op weg naar genezing en persoonlijke ontwikkeling.

 

Zelfvertrouwen maakt een essentieel deel uit van de genezing. Vertrouwen is een voorname vector in het genezingsproces bij het optreden van de eerste symptomen die wijzen op een verbetering. Zij lokt gevoelens van optimisme uit en een cascade van positieve emoties die het helings- en herstelproces gaan versnellen. Wij moeten geloven in onszelf. In de toekomst zal de patiënt meer en meer betrokken en verantwoordelijk worden gesteld voor zijn gezondheidstoestand. Deze betrokkenheid van de patiënt is echter enkel mogelijk mits een duidelijke informatievorming.

 

De rol van de gezondheidstherapeut is hierbij cruciaal : indien hij wil overtuigen, moet hij overtuigend overkomen. Om de patiënt goed te informeren zal er autoriteit nodig zijn, maar ook kennis, competentie, empathie en initiatief om te sturen of door te sturen. Hij moet in staat zijn deze meerwaarde te verwoorden en de patiënt te motiveren. Om bij hem een opening te creëren, zodat hij op een constructieve wijze met de gesuggereerde raadgevingen aan de slag kan gaan.

 

Empathie is een deugd, ook voor gezondheidsmedewerkers : empathie staat voor de capaciteit van een individu zich in te leven in de belevingswereld van iemand anders, deze te begrijpen en in te voelen, en vervolgens haar te verwoorden/laten blijken, om zo beter te handelen. Zo moet de arts/therapeut tonen aan zijn patiënt dat hij haar/zijn pijn meevoelt, en hierdoor deze beter kan behandelen.  Zonder echter de emoties van de patiënt te delen... Deze houding draagt essentieel bij tot de kwaliteit van de verstrekte zorgen.

 

Het belang van gezonde voeding in het voorkomen van ziekte is duidelijk. Er gaan echter steeds meer stemmen op om geneesmiddelen meer preventief in te zetten : statines, aspirine, de polypil (aspirine (bloedverdunner), lisinopril en hydrochlorazide (bloeddrukverlagers) en simvastatine (cholesterolverlager)...). De kans op hartziekte zou hiermee halveren... Functionele voeding is eerder een gemaksvoeding met een nutritionele claim.

 

Voedingssupplementen behoren tot de voeding, zijn gezondheidsmiddelen maar zien er uit als geneesmiddelen. Zij zijn te gebruiken voor specifieke doeleinden. Het is duidelijk dat een goede voedingstoestand bijdraagt tot een betere preventie of een snellere genezing. Wellicht is er hier met voedingssupplementen nog meer winst te behalen.

 

Let vooral op voldoende aanvoer van o.a. vitaminen uit de B-groep (waaronder zeker B9 en B12), carnitine, taurine, CoQ10, magnesium, vitamine K2, vitamine D en omega3-vetzuren van dierlijke afkomst. Zij spelen allen een rol in de werking van mitochondria, onze energiecentrales. Naast omega3-vetzuren en vit D, zorgen ook antioxidante polyfenolen voor minder schade door ROS en voor een lagere inflammatiegraad thv de weefsels.

 

De meest gebruikte geneesmiddelen zoals cholesterol- en maagzuurremmers, zijn middelen die min of meer een slechte levensstijl moeten compenseren.  Het grote probleem is dat aan de basis van chronische en zich langzaam ontwikkelende ziekten meerdere factoren liggen, waarbij meerdere aandoeningen en complicaties samenvallen (co-morbiditeit) en de variatie onder patiënten groot is.

 

Onze gezondheidszorg slaagt er goed in om de impact van veel ziekten op het dagelijks leven te beperken. In Amerika noemt men dit “life jacket medicine”: je blijft boven drijven in de poel van welvaartsziekten, maar meer ook niet, je geraakt er nooit meer uit met de huidige vorm van gezondheidszorg. Integendeel, naarmate de jaren vorderen komen er alleen maar bij, uiteindelijk hebben ze allemaal dezelfde basis: inflammatie. Aan de oorzaak wordt niets aan gedaan, men behandelt enkel symptomen

 

Het principe van de farmaceutische industrie van "one drug fits all" blijkt niet zo effectief. Wanneer, zoals bij veel chronische ziekten, het totale systeem uit het evenwicht geraakt, is de impact van geneesmiddelen beperkt. Een therapie op maat waarbij ook gezonde levensstijl, waaronder gezonde voeding, wordt betrokken, sorteert meer effect.  

 

De verschillen tussen biologisch actieve stoffen in geneesmiddelen en in voeding zijn vooral kwantitatief : dosis, selectiviteit, mate van activiteit. Voeding is een complex mengsel van allerlei stoffen, die in wisselende hoeveelheden en verhoudingen voorkomen. Veel van de huidige geneesmiddelen zijn afgeleid van natuurlijke stoffen. Alleen zijn bij ons voeding en farmacologie uit elkaar gegroeid. De farmacologie heeft zich in het Westen ontwikkeld tot een wetenschap van zuivere stoffen. Dit heeft geleidt tot de ontwikkeling van veel bruikbare, selectieve en werkzame geneesmiddelen, zeker voor acute situaties. Bij sommige chronische systemische aandoeningen loopt de huidige farmacologie echter tegen beperkingen aan wegens het multi-factoriële aspect van deze ziekteprocessen.

 

Ook de prijs van de nieuwe therapieën wordt een probleem, soms duizenden euro per maand. Hoeveel een geneesmiddel mag kosten, hangt af van de gezondheidswinst die het oplevert, uitgedrukt als prijs per "Quality-Adjusted Life Year" (QALY), een levensjaar in goede gezondheid. Maar hoeveel mag zo'n QALY kosten? Misschien zullen we de terugbetaling van sommige antikankermiddelen (of weesgeneesmiddelen?) moeten weigeren indien we onze ziektezorg willen in stand houden. Middelen die toch maar het "overleven" met een paar maanden uitstellen... .

 

Recente studies hebben ook aangetoond dat de medische guidelines vaak gebaseerd zijn op opinies en zwakke gegevens in plaats van goed ondersteunde bewijzen. Medische tijdschriften en organisaties die guidelines publiceren, zouden moeten eisen dat ze voldoen aan de criteria van het Institute of Medicine (VS) & . Zo heeft de cardiologie de reputatie één van de meest evidence-based domeinen in de geneeskunde te zijn, maar het lijkt erop dat er in de cardiologiezorg meer dingen zijn waarover we onzeker zijn dan dingen waarover we zeker zijn : kort samengevat stelden onderzoekers reeds in 2009 vast dat de aanbevelingen ongeveer 48% van de tijd gebaseerd waren op het laagste bewijsniveau (niveau C) en dat herzieningen van de guidelines leidden tot meer klasse II aanbevelingen (tegenstrijdig bewijsmateriaal en/of uiteenlopende opinies over het nut/de werkzaamheid van een procedure of behandeling) . De onderzoekers vergeleken hun bevindingen ook met de resultaten van een gelijkaardige studie uit de jaren 1990 uitgevoerd door Dr. Terrence Shaneyfelt en zijn team. Ze vonden dat de situatie sindsdien "nauwelijks" verbeterd was .

 

Verkeerde voeding, een teveel aan voedsel én te weinig beweging kosten vadertje staat hopen geld. Omgekeerd kan een gezonde levensstijl de preventie ten goede komen en het gebruik van geneesmiddelen voorkomen of uitstellen.

 

Apps kunnen daarbij helpen. In het Health 2.0-tijdperk draait alles rond de "empowered patient", die regisseur wordt van zijn eigen gezondheid, die zijn dokter bijstaat waar mogelijk. Apps zoals MiMedication kunnen de chronisch zieke patiënt hierbij helpen : je kan bijhouden welke symptomen op een bepaalde dag optraden, hoeveel en welke geneesmiddelen werden geslikt, gemeten bloeddruk en gewicht, hoe vaak je bent gaan sporten ... : zo kan je met je tablet of mobieltje aan je arts tonen wat gebeurt is tussen 2 consultaties door. In plaats van zich te moeten baseren op een momentopname, kan de zorgverstrekker zich nu een veel gefundeerder oordeel vormen... 

 

Wanneer je de universiteit verlaat, wil je wel nog meer kennis opdoen en diploma's vergaren. Dat is normaal. Tijdens je hele carrière probeer je kennis en ervaring te verzoenen. Ervaring is gelinkt aan tijd en aan de wijze waarop je kijkt, luistert, empathie toont, aan de behaalde voldoeningen en resultaten. Deze vervangen door een computer voorgestelde reeks gegevens en keuzes is voor mij fictie.

 

De zieke :             

 

Alhoewel we steeds een steeds grotere levensverwachting hebben, worden we rapper en vroeger ziek. We hebben dus langer zorgen nodig. Zeker de lagere sociale klassen. En dat is begrijpelijk : de verschillen in gezondheid variëren immers niet alleen in functie van genetische factoren zoals leeftijd, geslacht, familiale voorgeschiedenis... maar ook in functie van minder voor de hand liggende criteria zoals inkomen, beroep, verblijfplaats en levensgewoonten.

 

We zien dat mensen met een hoger sociaal statuut weten hoe ze hun levenskwaliteit kunnen verbeteren. De anderen hebben het moeilijker omdat hen geen goede gewoonten werden aangeleerd. Veranderen we zelf niets aan onze levensgewoonten dan zullen we in de komende jaren, door een grotere zorgbehoefte door chronische ziekten, dieper in onze geldbeugel moeten tasten. We gaan naar moeilijke tijden, en niet alleen voor de armsten onder ons .

 

Daarnaast is internet alomvertegenwoordigd in ons leven. Meer en meer patiënten zoeken medische informatie op het net. Wat het gebruik van internet als informatiebron kleurt is het feit dat patiënten bij hen eerder zeldzame dingen gaan ontdekken dan de echte oorzaken.

 

Banale symptomen gaan zij dikwijls beschouwen als voortekenen van een catastrofe. En alleen maar denken aan ziekte, creëert ziekte! Hen overtuigen dat een bepaald symptoom niet noodzakelijk wijst op een ernstige ziekte is geen sinecure. Pijn bij het ademen of bloedsporen in fluimen wijzen niet noodzakelijk op een longembolie. Duidelijke en onafhankelijke informatie leveren is hier cruciaal.

 

De hedendaagse gezondheidstherapeut en zorgverstrekker (apotheker, kinesitherapeut, osteopaat, voedingsdeskundige, psychotherapeut...) moet zich een kritisch inzicht eigen maken om op alles bedacht te zijn bij het omgaan met individuen, levensstijlen, medicatie, voeding en nutriënten.

 

Binnen een participatiemodel heeft elkeen een cruciale rol te vervullen en dient zich te wapenen om met kennis van zaken vragen van patiënten te beantwoorden, door zich o.a. in de biochemie en de diëtotherapie te vervolmaken. Iemand tot verandering aanzetten is echter vaak heel moeilijk en bovendien tijdrovend, zelfs al is men overtuigd van de noodzaak te veranderen. Maar indien we willen overtuigen, moeten we overtuigend overkomen. Er zal autoriteit nodig zijn, maar ook kennis, competentie, empathie, initiatief om te sturen of door te sturen. Men moet in staat zijn deze meerwaarde te verwoorden en de patiënt te motiveren. Om bij hem een opening te creëren, zodat hij op een constructieve wijze met de gesuggereerde raadgevingen aan de slag kan gaan. Zo wordt hij in plaats van een patiënt-object een speler-subject die zich zijn eigen verzorging toe-eigent en beslist wat goed voor hem is.

 

Verlies van gezondheid en welzijn aan de wortel aanpakken door echte preventie, in plaats van alleen met medicatie. En de beste manier hiervoor is een totale multidisciplinaire opvang dicht bij de patiënt (bv. in lokale gezondheidscentra). Coaching op zijn best. Allen samen.

 

Gezondheid zelf heeft echter weinig commerciële waarde, ziekte daarentegen wel.

 

 

 

 

 ZOELHO (c) 2006 - 2024, Paul Van Herzele PharmD        Laatste versie : 17-mrt-24                     

DisclaimerDisclaimer

 

De lezer dient steeds in acht te houden dat de beschreven curatieve eigenschappen in geen enkel geval het medisch advies vervangen, welke steeds onmisbaar is bij het stellen van een diagnose en bij bepaling van de ernst van de aandoening. Wel wordt de gebruiker gestimuleerd beslissingen met betrekking tot zijn gezondheid te nemen, op basis van eigen research, steeds in samenspraak met een professionele gezondheidswerker.

 

In alle gevallen valt het gebruik van dit programma enkel onder de controle, het beheer, de risico's en de verantwoordelijkheden van de gebruiker.